Het Nationaal Programma Rotterdam Zuid (NPRZ) bestaat sinds 2011 en moet de sociaaleconomische kansen van bewoners op Rotterdam-Zuid vergroten en het leven in het stadsdeel verbeteren. Het programma is nu 13 jaar onderweg en heeft nog 7 jaar om de doelstellingen te halen. Hoe staat het ervoor en hoe effectief is het programma tot nu toe gebleken? Socioloog Gijs Custers deed er onderzoek naar. "Zuid gaat gemiddeld vooruit, maar dat zegt niks over wat je daarbinnen ziet."
In het NPRZ werken het Rijk, de gemeente Rotterdam, corporaties, zorginstellingen, schoolbesturen, bedrijfsleven en bewoners samen om Rotterdam-Zuid naar het sociaaleconomische gemiddelde van de vier Nederlandse grote steden te krijgen. Dat sociaaleconomisch gemiddelde, denk aan opleidingsniveau of het aantal uitkeringen, blijft namelijk achter bij de rest.

Dat er meer kinderen een diploma halen en meer mensen aan het werk gaan, wordt geprobeerd te bereiken met maatregelen als 10 extra lesuren per week voor kinderen (de leertijduitbreiding) en geld voor woningbouw en sloop of renovatie van het verouderde woningbestand. Hier is veel rijksgeld aan uitgegeven. Het blijkt echter dat de effectiviteit ervan niet altijd goed gemeten kan worden. "Het gebied is een groot en heterogeen gebied met net zoveel inwoners als Eindhoven", vertelt Gijs Custers, universitair docent aan Erasmus School of Law. "Het is niet altijd duidelijk welke processen invloed op elkaar hebben. Bovendien zijn de programma’s niet zo opgezet dat je makkelijk de effectiviteit ervan kan onderzoeken."
Leertijduitbreiding heeft geen duidelijk effect
Zo is er geen controlegroep om de resultaten van leerlingen met leertijduitbreiding te kunnen vergelijken en werd de Cito-toets landelijk vervangen door verschillende eindtoetsen in het basisonderwijs. Ondanks de moeilijkheden rondom het meten zien we dat de leertijduitbreiding niet een duidelijk positief effect heeft op het eindadvies van basisschoolleerlingen. "Je ziet dat het narratief over het doel van de leertijduitbreiding ook verschoven is. Eerst lag de nadruk sterk op het pushen van leerprestaties, nu is het ook meer gericht op verrijking. Dit gaat om bredere ontwikkeling in het algemeen."

Een gemengde buurt is nog geen gemengde gemeenschap
Op Rotterdam-Zuid is er in de afgelopen tien jaar veel gebouwd, gesloopt en gerenoveerd. Dat ging niet zonder slag of stoot, denk bijvoorbeeld aan het verzet van de bewoners van de Tweebosbuurt. "Het klassieke idee onder NPRZ is dat een concentratie van armoede problemen verder vergroot. Maar dat is wetenschappelijk gezien een omstreden idee, zeker in de Nederlandse context. Een gemengde wijk betekent niet meteen een gemengde gemeenschap.

Van volkswijk naar rijke wijk
De overheid heeft via het NPRZ veel invloed op de huizenvoorraad in Zuid en wie daar kan wonen. Er werd ook gebouwd voor mensen met een hoger inkomen, zoals de nieuwe appartementen op Katendrecht. Die wijk is in 25 jaar tijd van echte volkswijk naar een rijke wijk gegaan. Zo is de WOZ-waarde per vierkante meter er tussen 2013 en 2023 verdrievoudigd. Custers noemt het een 'extreem voorbeeld' van gentrificatie.
Een huis bemachtigen wordt steeds lastiger voor Zuiderlingen zelf
Worden die woningen ook echt betrokken door iemand die bijvoorbeeld geboren en getogen is in IJsselmonde? "Dat heeft vooral te maken met het type nieuwbouw. De dure nieuwbouw wordt minder vaak betrokken door mensen die al op Rotterdam-Zuid wonen. Hoe hoger de WOZ-waarde van nieuwbouw, hoe vaker er mensen van buiten Rotterdam-Zuid gaan wonen," vertelt Custers.

Hij gaat door op een interessante statistiek: sociale stijgers op Rotterdam-Zuid, dat zijn mensen die meer gaan verdienen binnen een paar jaar, hebben vaak nog steeds een relatief lager inkomen dan sociale stijgers uit Noord. "Dat heeft gevolgen voor als er op Zuid een woning vrijkomt. Het inkomen en vermogen zijn dan doorslaggevend. Voor partijen van buitenaf is het dus vaak makkelijker om een woning te bemachtigen dan voor Zuiderlingen zelf."
Voor wie is het programma eigenlijk bedoeld?
Het programma is echt gericht op sociaaleconomische vooruitgang en vindt volgens Custers vooral top-down plaats, al is de focus wel wat breder geworden in de afgelopen jaren. Er is bijvoorbeeld weinig aandacht voor de ‘zachte’ kant van een gemeenschap, zoals buurthuizen en sociale voorzieningen. Dat roept volgens hem een discussie over waarden op: waar moet het naartoe met Zuid en wanneer gaat het dan goed, ook voor mensen met een laag inkomen? En in het verlengde daarvan: wie mag er op Zuid wonen?

De verschillen binnen Zuid worden scherper
"Je kunt zeggen dat het NPRZ effectief is, want volgens hun eigen berekening haalt Zuid op meerdere vlakken de achterstand in. Maar dit moet je zien in de context van gentrificatie in Rotterdam," zegt Custers. "De verschillen binnen Zuid worden ook scherper. Je hebt Kop van Zuid, Katendrecht en het Entrepotgebied - ‘de kont van noord’- en dan de wijken daaronder. Die plekken veranderen ook, maar niet zo rap."
Zo staat op Katendrecht het duurste appartement van Rotterdam, de ‘Bay house’, dat werd verkocht voor 10 miljoen euro. "Vanuit dat appartement kijk je uit op een van de armste wijken in Nederland. Die realiteiten bestaan letterlijk naast elkaar. Zuid gaat gemiddeld vooruit, maar dat zegt niks over wat je daarbinnen ziet."
- Professor
- Meer informatie
Meer wetenschapsverhalen? Kijk op ons online magazine Erasmus Extra.
Pers
Vragen? Neem contact op met persvoorlichter Ronald de Groot.- Gerelateerde content
- Gerelateerde links
- Pointer (NPO Radio 1) uitzending met dr. Gijs Cluster: Kansenongelijkheid in het onderwijs